x

Giro-interview met Milan Fretin: "Ik heb het liefst wat klimmetjes of kasseien in een sprintetappe"

zaterdag 24 mei 2025 • Blog

Fleur Kok

Hij heeft dit seizoen al drie overwinningen op de teller staan. Voor wie hem vorig jaar al volgde, komt dat niet geheel als een verrassing, maar na een indrukwekkend voorjaar kan ook het bredere wielerpubliek niet meer om Milan Fretin heen. Wie is deze rappe Belg en hoe ontwikkelt hij zich als sprinter bij Cofidis? Fleur sprak hem bij de overhandiging van zijn actuele rennerkaart, in aanloop naar de start van etappe 11 van deze Giro d'Italia - wat tevens Fretin zijn eerste Grote Ronde is. 

Milan Fretin in de Giro met zijn rennerkaart

In gesprek met Milan Fretin

Dat Milan Fretin een sterke sprint in zijn benen heeft, is duidelijk. Ook deze Giro reed hij al naar een knappe tweede plaats, toen Groves in etappe 6 de snelste in koers bleek. De ene sprinter is echter de andere niet. Tegenwoordig wordt het alsmaar belangrijker om ook als sprinter over redelijke klimbenen te beschikken. En waar je je voorheen kon onderscheiden als je als sprinter ook een heuvel over kon, lijkt het met de parcours van tegenwoordig eerder een must dan een luxe. 

Hoe zie jij jezelf als renner? 

"Ik behaal mijn beste resultaten in de sprints. Ik ben me daarin gaan evolueren door gerichter in de trainingen aan mijn sprint te werken. En nu verwacht de ploeg dat ik daarin overwinningen behaal."

Was je dan dus nog een ander type renner voordat je de World Tour betrad?

"Ja, dat denk ik wel. Eerst reed ik bij Topsport Vlaanderen (Team Flanders - Baloise, red.), een kleinere ploeg. Daar heb ik een mooie opleiding gehad, maar was het toch een beetje zoeken naar wat voor type renner ik was. Ik ging vaak mee in de ontsnapping en probeerde zelfs bergklassementen te pakken. Sprinten deed ik ook, maar zonder specifieke trainingen. Pas toen ik bij Cofidis kwam, ging ik echt specifiek op de sprint trainen. Dan merk je wel dat dat een heel groot verschil maakt."

Had Cofidis jou specifiek als sprinter gescout? Of kwamen die aanpassingen in de trainingen later pas?

"Ook bij Vlaanderen kwamen mijn beste resultaten al uit de sprints voort. Als jonge renner probeer je jezelf natuurlijk wel in de kijker te rijden - en of dat nu de hele dag voorop rijden was, of in de sprint, maakt dan eigenlijk niet uit. Ik ben toen inderdaad gescout, waarna het belangrijk is om die goede resultaten door te zetten. Dat is gelukt, met als resultaat dat ik heb bijgetekend (halverwege 2024, red.) bij de ploeg."

Wie was vroeger jouw voorbeeld als sprinter? Had je dat eigenlijk wel, als je misschien zelf nog niet zozeer een uitgesproken sprinter was?

"Ja als klein manneke was dat toch wel Tom Boonen, en ook Fabian Cancellara. Helaas heb ik met Tom Boonen niet meer kunnen koersen. Nu moet ik wel zeggen dat ik vroeger - in tegenstelling tot nu - niet een gehele koers kon kijken, misschien omdat ik toen die kennis nog niet had en niet goed begreep wat het inhield."

Met Boonen als absolute uitblinker in klassiekers, maak ik het bruggetje naar de rennerkaart van Fretin. Daar werpen we een blik op de cobbles, hills, mountain, GC, TT en sprint, maar in de overall score worden ook skills als one-day races, leadout, flat en prologue meegenomen.

Wat scoor jij op one-day, denk je?

"Met 99 als maximaal, denk ik toch wel 75-80. Het is natuurlijk een groot verschil met het rijden van een grote ronde. Als ik bij een eendagskoers aan de start sta, zijn er verwachtingen, en sta ik daar om te winnen. 

Hier in de Giro zitten er lastige dagen bij die ik maar moet doorkomen, waarbij het de bedoeling is dat ik gewoon binnen de tijdslimiet binnenkom. Dat is een nieuwe manier van koersen voor mij. Ik weet niet helemaal wat ik nu leuker vind, maar ik voel me goed hier. Eenmaal in de gruppetto voel ik me op mijn gemak en moet ik niet veel forceren. En je kijkt er dan in ieder geval wel erg naar uit om elke sprintkans dié er is, met de volle 100% te grijpen."

Dat was een bescheiden inschatting van Fretin, want met een score van 90 op de eendagskoersen, mag hij zich al een specialist op dat gebied noemen. Het is leuk om een inzage te krijgen in hoe hij zijn eerste grote ronde nu beleeft - en dat een eentonige, vlakke aanloop in een sprintetappe niet alleen door ons als kijker, maar ook door een sprinter zelf als 'saai' bestempeld kan worden.

Op hills scoor je een degelijke 61, maar dat moet tegenwoordig ook wel?

"Ja ik denk het wel. De massasprints zonder een klimmetje of met een heel vlak parcours zijn er haast niet meer. Nu moet ik ook zeggen dat dat soort vlakke koersen, zoals Scheldeprijs, ook niet per sé de koersen zijn die ik het liefst rijd. Ik kan me dan best vervelen en heb het liever wat zwaarder. Geef mij maar wat hellingen tussendoor, of dingen waardoor we moeten oppassen, zoals kasseien."

Droomklassieker om te winnen?

"Iedere klassieker zou heel mooi zijn. Ronde van Vlaanderen gaat denk ik te lastig zijn, maar in een Parijs-Roubaix kan alles, dus daar ga ik voor."

Succes in de laatste paar sprintkansen, Milan! En hou je taai in de gruppetto op weg naar Rome. (;

Meer uit dit interview terugzien? Houd @cyclingoracle in de gaten op Instagram


Vergelijk renners